Ik ben best handig met de naaimachine, maar toch vind ik het elke keer weer spannend als ik wat maak. Het resultaat mag er meestal best zijn, en ik krijg complimentjes van allerlei mensen. Maar heel eerlijk: ik pruts maar wat hoor. Tien keer check ik of ik de boel niet binnenstebuiten of ondersteboven aan elkaar speld. Ik draai wat aan de knoppen van m’n naaimachine, op zoek naar de juiste steekgrootte en draadspanning. En dan, op hoop van zegen!
Dit keer begint het met het vinden van de rits. Een rits die op de rits van mijn winterjas past, is niet te vinden. Conclusie: ik moet een nieuwe rits in m’n winterjas zetten. Eitje, toch? Terwijl ik de ‘oude’ rits uit m’n jas gesloopt heb, breekt het zweet me wel een beetje uit. Als ik de nieuwe rits er niet in krijg, dan zit ik zonder winterjas…. Maar, het lukt. Met een iets ander kleur garen, dat dan weer wel. Niemand die dat ziet.
Fleece gekocht. Twee keer alles opgemeten met zoonlief in de draagdoek. Stof geknipt, dubbel, want dat is lekker warm. En dan nog naaien. In gedachten spreek ik m’n naaimachine lief toe terwijl hij zich krakend door 4 lagen dikke fleece ploetert. In de tutorial (deze: klik! waarvoor dank!) stond: “Het voordeel van fleece is dat het niet rafelt en dat naait heel makkelijk”. Inderdaad, maar als ik dan her en der een plooi wil maken en ik 8 lagen fleece door de machine trek, dan hoop ik alleen maar dat m’n naaimachine hier geen blijvend letsel aan overhoudt. Gelukkig lijkt het goed te gaan. Schouderklopje voor m’n naaimachine.
2 comments:
Gaaf geworden zeg! Ik ga morgen meteen kijken voor een passende rits, fleece en bijpassende sjaal ;-)
Dank je en succes met het maken van je draaginsert!
Een reactie posten